Uit het GUIDO-archief: de studententijd van Felix van Groeningen
"In mijn humaniora ben ik naar het kunstonderwijs gegaan, waar ik al een paar audiovisuele vakken volgde," blikt Felix terug. "Beeldcultuur, en leren werken met een camera. Ik deed toen ook mee met toneelstukjes op school, zowel zelf spelen als een beetje regisseren. Dat was wel iets voor mij."
GUIDO: Kortom, het zat in je?
Felix: Blijkbaar wel. In die periode werkte mijn moeder voor televisie. Zij bediende de kraan waar de cameraman op zat bij Tien om te Zien en zo. Ik ging mee naar die opnames, en de techniek van het vak fascineerde me. Toen begon ik ook te experimenteren met een videocamera, wat ik waanzinnig interessant vond. Ik begon voorzichtig te denken dat ik later misschien videoclips zou kunnen maken, maar van een langspeelfilm durfde ik niet dromen. Ik weet nog dat mijn broer, die geluidsman was, zei: "In België een langspeelfilm maken voor je dertigste, dat is onmogelijk." (lacht)
GUIDO: Wat hield de filmopleiding aan KASK in, waar je daarna bent gaan studeren?
Felix: Ik vond het niet zo'n goeie opleiding, maar ondertussen is die richting wel geëvolueerd. Een aantal van de lesgevers waren zeer gemotiveerd, maar het geheel draaide nogal vierkant. Het gevolg was dat je grotendeels je goesting kon doen, en dat vond ik wel wijs. We kregen een beetje technische ondersteuning, maar voor de rest heerste er een soort chaos, waarin ik mijn weg heb gevonden. De motivering had beter gekund op die school, maar ik had vanuit mezelf genoeg drang om van alles te doen, en vooral om het op mijn manier te doen. Dat kon. Door dat gebrek aan structuur leerden we op eigen benen staan. Ik denk niet dat die methode geschikt is voor iedereen, maar voor mij heeft het gewerkt. Uiteindelijk komt toch de dag dat je het zelf moet doen.
GUIDO: Zat je op kot?
Felix: Ik woonde al samen met mijn broer nog voordat ik ging studeren. Ik heb altijd wat buiten het studentenleven gestaan. Ik ben nooit naar de Overpoort geweest, bijvoorbeeld. Mijn vader had vroeger de Charlatan, dus ik ben min of meer opgegroeid in het Gentse uitgaansleven. Ik werkte daar ook, en tussen mijn vijftien en achttien ben ik zwaar uitgeweest. Ik denk dat ik het nachtleven al beu was toen ik student werd. (lacht) Wat ook heeft meegespeeld, is dat ik Gent al heel mijn leven ken. Als je in een dorp bent opgegroeid en je komt op je achttiende in Gent terecht, dan begrijp ik dat dat een openbaring is. Maar als je in de stad bent opgegroeid, staat je vriendenkring meestal los van je studies, en dan voel je de behoefte niet om je in dat studentengewoel te smijten.
GUIDO: Je hebt als eindwerk 50 cc gedraaid, een ambitieuze kortfilm van bijna een uur over een groep jongeren op hun brommertjes.
Felix: Je moet weten dat onze lichting een van de eerste was die op video mochten draaien als afstudeerproject. We hadden dat eigenlijk afgedwongen. Daar zat een soort wildheid achter. Video mocht eindelijk, en plots kon er zoveel meer. Er hing een vibe in de lucht. We begonnen te beseffen dat het dankzij video mogelijk was een film te maken voor heel weinig geld. In die spirit is 50 cc gedraaid, en dat viel op. Mede daardoor kreeg ik vlak na mijn studies een telefoontje van producent Dirk Impens, die me wou helpen om een langspeelfilm te maken. Toen zijn we aan Steve + Sky begonnen.
GUIDO: Was je studententijd de mooiste tijd van je leven?
Felix: Ik ben met zoveel dingen tegelijk bezig dat ik er soms naar verlang om eens echt niets te doen. Als student kon dat. Maar anderzijds heb ik vandaag veel meer zelfvertrouwen dan toen ik student was, en dat vind ik een heerlijk gevoel.
Tekst: Herbert De Paepe
Foto: Paul Katzenberger